De oorsprong van deze spreuk ligt in een oud verhaal. Iedere dag vindt de boer een gouden ei die zijn kip heeft gelegd. Hij wordt steeds ongeduldiger om weer te wachten op de volgende dag zodat er wederom een gouden ei in het nest van de kip te vinden is. Hij besluit dan ook de kip te slachten om alle gouden eieren er in één keer, allemaal tegelijk, er uit te halen. Maar als hij de kip opensnijdt is er geen enkel gouden ei te zien of te bespeuren. Moraal van het verhaal : Hebzucht kent geen grenzen.

Om dit verhaal goed uit de beelden zou ik de eieren niet aan de open binnenkant van de kip mogen leggen. Toch vind ik het leuker om een soort nestje van stro in de kip te maken waarop de gouden eieren rusten. Om de slacht te laten zien zit er een bijl van keramiek deels door de kop van het hoen. Er loopt een rood straaltje langs de nek. Een beetje luguber misschien maar dit brengt het slachten van een kip nu eenmaal  met zich mee. Kippen hebben ook nog spiertrekkingen na het slachten. De kip van klei gaat ook gewoon door met het vinden van wormen in de grond.